Schrijven maar!
- Schrijf je stadssage uit in een Worddocument.
- Zorg dat je stadssage minimum 15 regels lang is.
- Maak gebruik van afbeeldingen of een leuk lettertype om de stadssage aantrekkelijk te maken.
Inleiding |
Hoe wordt het doorgegeven?
|
|
Inleiding |
Voorstellen van de locatie en de personages |
Waar speelt het zich af? Wie is het hoofdpersonage. Wie is het nevenpersonage? Wat zijn de bijzonder kenmerken?
|
Alinea 1 |
Voorstellen van de gebeurtenis |
Wat doen de personages? Welke rol speelt de locatie?
|
Alinea 2 |
Vertellen van de gebeurtenis |
Beschrijf de gebeurtenis. Gebruik details in je beschrijving. |
Alinea 3 |
De ontknoping |
Hoe loopt het af? Wat gebeurt er met de moordenaar? Wat gebeurt er met de antagonist? |
Controlefase |
Controleer je tekst |
Controleer je spelling en zinsbouw. Controleer de opbouw van je verhaal. |